Invordering & aansprakelijkheid
De inspecteur is degene die een belastingaanslag vaststelt. De ontvanger van de Belastingdienst is vervolgens verantwoordelijk voor het innen van rijksbelastingen.
Wanneer een belastingschuld niet tijdig wordt betaald volgt een aanmaning en wordt er invorderingsrente in rekening gebracht. Meestal komt dan ook de ontvanger in beeld. De ontvanger kan als reguliere schuldeiser optreden, maar beschikt ook over vergaande bevoegdheden en dwangmiddelen om openstaande bedragen te innen. Denk hierbij aan maatregelen zoals beslaglegging op loon, banktegoeden of bedrijfsmiddelen. Zowel ondernemers als particulieren kunnen hiermee te maken krijgen. Ook kan de ontvanger derden aansprakelijk stellen, via onder meer bestuurdersaansprakelijkheid, ketenaansprakelijkheid of inlenersaansprakelijkheid.
Beschikking aansprakelijkstelling
Als de ontvanger een derde zoals de bestuurder van een rechtspersoon aansprakelijk stelt dan gebeurt dat door middel van een beschikking aansprakelijkstelling. In sommige gevallen wordt eerst een vooraankondiging voor de aansprakelijkstelling verzonden waarop een zienswijze naar voren kan worden gebracht. De beschikking aansprakelijkstelling is een voor bezwaar vatbare beschikking. Tegen die beschikking dient binnen zes weken bezwaar te worden ingesteld. De gronden van het bezwaar mogen daarbij later worden aangevuld. Het veiligstellen van de termijn is van groot belang, mede om toegang te houden tot belastingrechter. Indien de ontvanger niet tegemoet komt aan het bezwaar, kan beroep worden ingesteld bij de rechtbank.
De rechtbank toetst of de Ontvanger terecht is overgegaan tot het aansprakelijk stellen van de bestuurder voor de openstaande belastingschulden van de onderneming. Na de procedure bij de rechtbank kan eventueel hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof. In specifieke gevallen kan het wenselijk zijn om beroep in cassatie in te stellen bij de Hoge Raad. Vierhoff Advocaten kan u bijstaan bij het instellen van bezwaar, beroep, hoger beroep of beroep in cassatie tegen een aansprakelijkheidsstelling van de bestuurder voor belastingschulden.
Bestuurdersaansprakelijkheid
Wanneer een vennootschap haar betalingsverplichtingen niet nakomt, kan de ontvanger in bepaalde situaties de bestuurder persoonlijk aansprakelijk te stellen. Als de bestuurder aansprakelijk wordt geacht, kan de Belastingdienst zich verhalen op zijn privévermogen. Dit kan ernstige financiële gevolgen hebben. Dit soort zaken gaan met name over de vraag of er sprake is van (kennelijk) onbehoorlijk bestuur en of er rechtsgeldige melding betalingsonmacht is gedaan.
Op het moment dat de onderneming niet aan diens betalingsverplichtingen ten aanzien van bepaalde belastingen kan voldoen, dient de bestuurder binnen twee weken na de dag waarop de belasting had moeten worden betaald een melding van betalingsonmacht te doen bij de Belastingdienst (art. 36 lid 1 Invorderingswet). Iedere bestuurder is bevoegd om namens de onderneming een melding betalingsonmacht te doen. Deze melding dient schriftelijk te worden gedaan. In de melding moet staan voor welke aangiften en/of naheffingsaanslagen betalingsonmacht bestaat. Daarnaast dient de bestuurder te vermelden waarom de verschuldigde belasting niet binnen de wettelijke termijn kan worden betaald.
Melding betalingsonmacht: de gevolgen
Indien de betalingsonmacht niet rechtsgeldig is gemeld, ontstaat het wettelijke vermoeden dat sprake is geweest van kennelijk onbehoorlijk bestuur. Wanneer een melding van betalingsonmacht niet rechtsgeldig is, bijvoorbeeld omdat deze te laat is ingediend, geldt het bewijsvermoeden dat de niet-betaling van de belastingschuld aan de bestuurder toe te rekenen is. Wil de bestuurder dit bewijsvermoeden weerleggen, dan dient hij te voldoen aan de dubbele bewijslast die op hem rust. Hij moet eerst aannemelijk maken dat het niet aan hem te wijten is dat de onderneming geen (rechtsgeldige) melding heeft gedaan. Als hij daarin slaagt dient hij vervolgens het vermoeden van ‘kennelijk onbehoorlijk bestuur’ te weerleggen (art. 36 Invorderingswet).
Wanneer er wél een rechtsgeldige melding van betalingsonmacht is gedaan, heeft de ontvanger de bewijslast. De ontvanger kan in die gevallen een bestuurder alleen aansprakelijk stellen als hij aannemelijk kan maken dat er sprake was van kennelijk onbehoorlijk bestuur in de drie jaren voorafgaand aan het tijdstip van de melding én dat het niet betalen van de belastingen hiervan een gevolg is. In de praktijk is dit een lastige opgave voor de ontvanger. Van kennelijk onbehoorlijk bestuur is – grof gezegd – sprake als een geen enkel redelijk handelend bestuurder onder gelijke omstandigheden hetzelfde zou hebben gedaan. Het moet gaan om ernstig verwijtbaar handelen of nalaten. Bijvoorbeeld als sprake is van misbruik, fraude of bewuste benadeling van de Belastingdienst, zonder deugdelijke rechtvaardiging. De ondernemer heeft echter een grote mate van vrijheid om keuzes te maken, ook als deze achteraf niet goed zijn uitgevallen.
Het is daarom belangrijk dat, op het moment dat duidelijk is dat de onderneming niet aan haar betalingsverplichtingen kan voldoen, er tijdig een rechtsgeldige melding betalingsonmacht wordt gedaan. De volgende voorwaarden zijn van belang:
- De melding dient schriftelijk te worden gedaan;
- De melding dient tijdig, dat wil zeggen binnen twee weken na de dag waarop de belasting had moeten worden betaald; en
- Er dient inzicht te worden geven in de omstandigheden die ertoe hebben geleid dat de belasting niet kan worden betaald.
Kortom, bij geschillen over de aansprakelijkheid van de bestuurder voor belastingschulden is het zeer belangrijk dat vastgesteld wordt dat tijdig melding is gedaan van betalingsonmacht. Een rechtsgeldige melding kan privé-aansprakelijkheid voorkomen.
Onze aanpak
Vierhoff Advocaten biedt gespecialiseerde juridische ondersteuning bij fiscale invorderingstrajecten. Wij helpen u onder andere bij:
- het beoordelen van de rechtmatigheid van invorderingsmaatregelen;
- het onderhandelen over betalingsregelingen;
- het treffen van voorlopige voorzieningen;
- het voeren van bezwaar- en (hoger) beroepsprocedures.
Ook in urgente situaties, zoals dreigende beslaglegging, treden wij snel op om uw positie veilig te stellen en financiële continuïteit te waarborgen.
Typen belasting waarvoor de bestuurder (privé) aansprakelijk kan worden gesteld
Bestuurders kunnen voor betalingsachterstanden van de volgende belastingen aansprakelijk worden gesteld. Voor deze belastingen kan daarom melding van betalingsonmacht worden gedaan.
- Loonbelasting
- Omzetbelasting
- Accijnzen
- Verbruiksbelastingen van alcoholvrije dranken en van pruim- en snuiftabak
- Milieubelasting
- Kansspelbelasting
Bestuurders kunnen in principe niet aansprakelijk worden gehouden voor niet-betaalde vennootschapsbelasting. Dit is alleen anders indien sprake is van een verplaatsing van de vennootschap uit Nederland als gevolg waarvan aan de betreffende persoon te wijten is dat de belasting niet is voldaan. Deze aansprakelijkheid geldt niet alleen voor bestuurders, maar voor een ieder die met de verplaatsing belast is geweest. Voor deze belasting kan daarom geen melding van betalingsonmacht worden gedaan.
Inlenersaansprakelijkheid
Een inlener kan aansprakelijk worden gesteld voor de loonheffingen en omzetbelasting wanneer de uitlener deze belastingen niet betaalt. Van inlening is sprake als een uitlener arbeidskrachten die bij hem in dienstbetrekking werken, ter beschikking stelt aan een ander, de inlener.
Ketenaansprakelijkheid
Een aannemer van een werk kan aansprakelijk worden gesteld voor de loonheffingen die zijn onderaannemer moet afdragen. Op zijn beurt kan de onderaannemer het werk dat aan hem is uitbesteed, aan een ander uitbesteden. Zo kan een keten ontstaan van (onder)aannemers die allen betrokken zijn bij de uitvoering van een werk. Elke schakel in de keten kan aansprakelijk worden gesteld voor alle volgende schakels.
Beslag door de ontvanger
De ontvanger kan in bepaalde situaties zonder tussenkomst van de civiele rechter beslag leggen. Het enige dat hij daarvoor hoeft te doen is het uitvaardigen van een dwangbevel. Tegen het leggen van een dergelijk beslag en een voorgenomen executie kan worden opgekomen bij de civiele rechter. De advocaten van Vierhoff Advocaten beschikken over de kennis en ervaring voor het instellen van deze procedures.
Advocaat aansprakelijkstelling Belastingdienst
Voor elke vorm van aansprakelijkheid gelden andere voorwaarden. Indien de Belastingdienst heeft aangegeven u aansprakelijk te stellen, is het van het uiterste belang om goede bijstand van een fiscale advocaat in te schakelen. De advocaten van Vierhoff Advocaten kunnen u als geen ander bijstaan in het proces betreffende een aansprakelijkstelling.